Over het project
BIODIVERSITEIT BEVORDEREN, ER VAN LEREN EN GENIETEN
Ouders en kinderen brengen eigenhandig meer natuur binnen de schoolmuren, ze beleven de natuur in de stad en samen dragen ze zorg voor ‘hun’ schooltuin. Blozende besjes en wangen, geurige rozemarijn, groeiende contacten over taalverschillen heen, bloeiende en boeiende lessen: dat is de verwachte oogst!
Het project “Natuur op school” ging van start in 2011 met de steun van de Koning Boudewijnstichting (fonds Alain de Pauw). In 2012 ging o.l.v. GoodPlanet een volle bus leerkrachten en ouders met kinderen op inspiratiebezoek bij drie groene scholen in Leuven (De Appeltuin, Hertog Karel en de Zonnewijzer).
Zichtbare resultaten
De school omvat 3 groene ruimten waar al een en ander gebeurde:
1) Kleuters hebben een aparte (groene) speelplaats gekregen Door met de kinderen en ouders een haag te planten rond de lindeboom, werd een leuke speelplek voor de kleuters gecreëerd.
2) De schooltuin Deze omvat een moestuin (beheerd door het 4e leerjaar), kruidenhoek (beheerd door het 1 e leerjaar), compost, een speelheuvel (met weggetjes en stapelmuurtjes, met fruitbomen en klein fruit) en een amfitheater. In november 2012 bouwden ouders en kinderen een wilgenhut en een wilgentunnel!
3) Vergroening speelplaats lagere school via participatie kinderen Deze was heel stenig. Onder het motto “Onze speelplaats wordt een groen speelavontuur!” werd er in maart 2013 een participatief proces opgestart met ouders en kinderen om de vergroening vorm te geven. Drie tuinmama’s ontvingen elke klas op de speelplaats. Elk kind kreeg de opdracht de speelplaats te observeren en ideeën te geven over speelgroen. Daarna volgde de verdere planning en uitvoering.
Doelstellingen
- Meer natuur op school brengen: leernatuur én speelnatuur.
- Ouders en kinderen betrekken bij de verschillende fasen en aspecten van de vergroening van de buitenruimten op school (uitdenken, opbouw, onderhoud, spelen en gebruiken). Men wil via natuur op school de ouders, met uiteenlopende sociaal-culturele achtergronden actief bij de school betrekken en met elkaar in contact brengen. Natuur stimuleert kinderen op allerlei vlakken: fysisch, psychologisch, qua creativiteit, gezondheid, … De meeste kinderen van de school hebben geen tuin en weinig contact met de natuur.
- Linken leggen tussen de natuur op school en andere duurzame thema’s: gezonde voeding (soep uit de groentetuin), afval (composteren), water (regenwater gebruiken), buiten spelen enz.
Communicatie
Om iedereen te betrekken en het doel van de activiteiten zichtbaar te maken, is ook de communicatie belangrijk.
Van alle activiteiten wordt een verslag met foto’s gemaakt. Dit verslag komt aan het prikbord in de gang, zodat zowel de ouders als de kinderen het kunnen zien. Het wordt ook op de Facebookpagina van de school geplaatst en per mail naar ouders en leerkrachten verstuurd.
De activiteiten worden via bovengenoemde kanalen aangekondigd, maar er wordt ook nog steeds een briefje aan elk kind meegegeven.
Bepaalde activiteiten zoals de tuindagen worden aangekondigd met een groot spandoek aan de ingang van de school. Dit verhoogt de zichtbaarheid en herinnert aan de activiteit de dag zelf.
Groene activiteiten
Om zowel ouders als kinderen actief te betrekken, worden er verschillende activiteiten georganiseerd.
- Elke 3e woensdag van de maand is het “tuindag”. Ouders komen met hun kinderen in de namiddag in de tuin werken en spelen. De kinderen van het IBO (de opvang) doen af en toe mee aan de tuindag.
- Twee keer per jaar is er een picknick in het Brussels groen (vb Scheutbos, Bemptpark en Rood Klooster). Dit is een gezellig gebeuren waarbij de ouders elkaar ontmoeten en groene speelplekken in de stad ontdekken.
- Tijdens het schoolfeest worden er in de tuin aangepaste spelletjes georganiseerd.
- De kinderen van het vierde leerjaar beheren de moestuin.
- De kinderen van het eerste leerjaar beheren de kruidentuin.
- Alle klassen composteren.
- Als de lindeboom bloeit, is er het Lindebloesemfeest: samen thee drinken, gemaakt van lindebloesems, munt en citroenmelisse uit de eigen tuin.
- De speelplaats van de lagere school wordt een groen speelavontuur via een participatief werkproces: kinderen geven ideeën, maken een maquette en zullen meewerken aan de realisatie. Hiervoor werken ze samen met de leerlingenraad.
Wat leren de kinderen?
Natuur trekt natuur aan Winst voor natuur en leefmilieu. Door de aanplanting van inheemse planten en door het maken van nest- en schuilplaatsen, geven ze insecten en vogels meer kansen in de stad. Zo wordt de school een groene plek in de stad.
Gebruik regenwater De school gebruikt zoveel mogelijk regenwater in plaats van leidingwater. Er wordt al regenwater gebruikt voor de toiletten, maar in de tuin zullen er ook regenwatertonnen geplaatst worden.
Minder restafval Dankzij de compost en de kippen produceert de school minder restafval. De school gebruikt de eigen compost en maakt dus de kringloopcirkel rond.
Educatieve aspecten
Bij alle activiteiten hoort een pedagogisch luik: kinderen weten waarom er een composthoek is, wat het belang is van groen in de stad (voor henzelf en voor de natuur), … Ze leren ook hoe ze de tuin moeten onderhouden en verzorgen. Ze kunnen er ook ervaringsgericht leren van de natuur: exploreren, observeren, beleven, verwonderen … en dit doorheen de seizoenen.
De nieuwe elementen krijgen een permanente plaats in het schoolgebeuren. Het compostemmertje gaan leegmaken is bijvoorbeeld een vaste klastaak, de leerlingen van het vierde leerjaar zijn de moestuiniers van de school, …
Partners
Onder het motto “vele partners maken ons sterker” werkt de school samen met Leefmilieu Brussel, Landelijke Gilde voor de moestuin, STIC voor het tuinonderhoud, ABC, Natuurpunt, een compostmeester, Duurzaam Wijkcontract Liedekerke (compostproject) en GoodPlanet Belgium.